Restauratie

Philips b5x72a

Tijdens de lange winteravonden van 2018, bij het inkijken van het boek RADIO ART samengesteld door de Engelse auteur Robert Hawes over de Vintage Wireless radio werd ik geïnspireerd om ook eens iets speciaals te construeren. Dit boek staat barstensvol met de mooiste en extravagante oude radiotoestellen en is een echte aanrader.

Met deze gedachte in het achterhoofd en de nog deels gesloopte Philips radio B5X72A bouwjaar 1957 in mijn bezit, waarvan ik voor de herstelling van zijn 1 jaar oudere broertje, de B4X61A verscheidene onderdelen gesloopt had, (Zie “De Marconist” nrs. 92 en 93) wilde ik eens een nog nooit gezien type Philips radio bouwen. Kapel radio’s uit de jaren 30 en Philips plano tafel radio’s waren dus niet aan de orde. Hier had ik al meerdere toestellen van gerestaureerd en zelfs een 4 tal voorzien van een nieuw passende kast in kapelvorm. Zie ouderadio.be met o.a. de Franse toestellen CTR en Ducretet: type A3, de Belgische constructeur Desmet: type 3XA190 en de Amerikaans/Belgische Zenith type 2115 (vroege Barco).

Mijn gedachten gingen terug naar de woonkamers uit mijn tienerjaren midden de jaren 60. Een kapel radio hoorde er niet meer thuis en de Philips plano’s met de druktoetsen waren toen volop in opmars. Wat voor toestel zou ik, met de voor mij toen voorhanden zijnde middelen gebouwd hebben? Het werd zeker een mix van beide.

Daar de AM uitzendingen momenteel zo goed als verdwenen zijn, diende ik mij dus te focussen op de nog actief zijnde FM radio omroep, en op dat punt was het deels gesloopte chassis nog volledig intact. Het idee van iets speciaals te construeren begon stilaan vaste vorm te krijgen. Waarom niet een radiokast met op het voorfront 2 maal het alom gekende Philips luidspreker embleem naast elkaar en tussenin een afstemoog met daaronder een ouderwetse afstemschaal. Volgens het schema kan de OTL van dit toestel 2 parallel geschakelde 800 Ohm luidsprekers aan!

Bouwtekening front

Na wat nameten op het Philips chassis samen met de voorhanden zijnde onderdelen voor luidsprekers, vensters afstemoog en schaal werd een voorlopig front van de te bouwen kast via de PC op papier gezet.
Zie figuur 1

Na grondig passen, vergelijken en meten zag ik alles tot in de details reeds volledig zitten. Het zou een kast uit een 8 mm dikke multiplex, met notelaar gefineerd hout worden.

Wat de 2 luidspreker emblemen diameter 150 mm betreft, dacht ik aan een moderne aanpak via de 3D printing. Na wat rondvragen werd het al snel duidelijk dat een gewone foto met enkel de juiste diameter niet voldoende was om dit zoals het hoort, uit te printen. Om dit voor 3D print te programmeren moet men beroep doen op gespecialiseerde personen en voor 2 emblemen zou dit een dure grap worden. Niet getreurd, ik had vlug een alternatief gevonden, kijk maar eens naar de Philips 730 A uit 1931. Gewoon zeer donker fineer op een multiplex plaatje kleven. Mijn gedachten dwaalden terug af, als 13 jarige knaap was het figuurzagen erg in trek en nu zag ik mij al volop, 60 jaar later terug bezig deze emblemen handmatig uit te zagen.

Het perfect rondmaken van deze emblemen diameter 150 mm is geen probleem, daarvoor beschik ik over een draaibankje.

Aanpassen chassis

Volgende stap was het aanpassen van het sloopchassis. In eerste instantie werden alle onderdelen welke niets meer met de FM te maken hadden verwijderd, waaronder het druktoetsen klavier. Eveneens het ganse systeem met de glazen afstemschaal en dubbele afstem C. Enkel de noodzakelijke FM onderdelen en componenten werden behouden.

Daar het voorfront van het chassis 15° schuin stond moest ik dit eerst haaks plooien. En beide potentiometergaten, regeling hoge / lage tonen aanbrengen. Gemakshalve diende ik om deze werkjes goed uit te voeren, tijdelijke de FM tuner te verwijderen.

FM tuner

De FM tuner is er nog eentje van de 1e generatie, dus met capaciteit afstemming. Vooraleer deze nu terug te monteren bouwde ik een testopstelling met voeding: gloei- en plaatspanning. Een goed testende ECC85 er in, meetzender op 95 MHz via FM ingang en de scoop op de uitgang 1e MF. Ja, en wat ik vreesde, nergens 10.7 MHz te bespeuren bij het draaien aan de CV. Geen nood, tunertje openschroeven en na wat duwen en lichtjes trekken aan de weerstanden en condensatortjes kwam een pootje los van een condensator.

Wat nu, alle componenten zitten compact dicht bij elkaar en zien er verre van nieuw uit. Gelukkig stond er in De Marconist nr. 80 een artikel door Eduard Hontelé hoe deze de inhoud van zo een zieke tuner verwijderd en vervangt door een printje van amper 1 postzegel groot, de FM2 genoemd. Dus bij Eduard zo een tunertje aanschaffen, monteren en de zaak zal weer werken...

Een factor had ik echter over het hoofd gezien, in het artikel ging het om een FM tuner met inductieve afstemming en mijn tuner was met varco afstemming. Om een lang verhaal kort te maken, Eduard heeft gans deze tuner even onder handen genomen en de passende C’s aangebracht waarna deze perfect werkte. Waarvoor nogmaals mijn dank.

Principe schema

Na de her montage van de tuner kon ik het originele Philips principe schema eveneens vereenvoudigen en wijzigen naar een FM hybride ontvanger.

Afstemmechanisme & potmeters toonregeling

Volgende stap was het aanbrengen van een as waarop de ronde afstemschaal en schaaldraadtrommel voor de aandrijving kon gemonteerd worden. De positie van dit draaipunt wordt voornamelijk bepaald door de hoogte positie van het afstemraampje en van de linkse en rechtse potentiometer assen voor de toonregelingen. Zie figuur 1

Voor dit doel gebruikte ik een stevige afstemcondensator met 2 secties van 500 pF, waaruit ik de rotor en stator blikken verwijderde. Door deze ingreep kon de as perfect en zonder speling 360° rond draaien, wat hier de bedoeling was. Na het monteren van het resterende van de CV kon ik overgaan tot het vervaardigen en monteren aandrijftrommel voor de ronde afstemschaal, waarop tussen aandrijftrommel, FM tuner en de as afstem draaiknop, de snaar dient aangebracht te worden.

Na het aanbrengen van een nieuwe snaardraad kon er mechanisch getest worden en de diameter van de nog te tekenen afstemschaal bepaald, n.l. 140 mm.

Aan/uit netschakelaar

Door het verwijderen van het druktoetsen klavier beschikte ik niet meer over een aan/uit netschakelaar voor de radio. Nu diende dit dus via de volume potregeling te gebeuren. Op het eerste zicht is dit eenvoudig op te lossen door het vervangen van de volume potentiometer van de juiste waarde met daar bovenop een aan/uit netschakelaar. Maar hier lag zaak toch ietsje moeilijker, de gebruikte Philips potentiometer bezit 2 midden aftakkingen welke van cruciaal belang zijn bij de nogal complexe fysiologische volume en toonregeling. Ga achter zo iets maar eens op zoek! Ik zag dus maar een goede oplossing: de nog goed metende en werkende potmeter uitbreiden met een microswitch met voldoende schakel vermogen.

Dus een nieuw passende microswitch aangeschaft en terug knutselen om een goed samenwerkend geheel potmeter/switch te bekomen. Al bij al lukte mij dit ook nog bijzonder goed.

Pertinax buisvoeten

Bij de vorig gerestaureerde Philips B4X61A, eveneens met OTL schakeling had ik slechte ervaring opgedaan met de door de warmte ontwikkeling op de pertinax buisvoeten van EL86 en EL84, dit met slechte contacten tot gevolg. Zie foto 4. Nu was het geschikte moment aangebroken om deze onmiddellijk te vervangen door de betere van het keramisch type. Op zich is dit in deze fase gemakkelijk uitvoerbaar maar toch, ook op het bandwerk tijdens de montage had men de gewoonte de draaduiteindjes om te plooien vooraleer te solderen. Velen zullen dit met veel ergernis reeds ervaren hebben, krijg dit soldeerwerk maar eens los. Een goede soldeer tin afzuiger is hier de beste oplossing, maar dit bezit ik niet. Dan maar mijn paardenmiddel: het perslucht pistool! Deze werkwijze lijkt een beetje op de operatietafel van de chirurg, een katoenen lap met middenin een insnijding en over de los te solderen buisvoet heen trekken. Vervolgens veiligheidsbril op, soldeerpen opwarmen en +/- 5 bar perslucht op het vloeibare tin welke in alle richtingen rondspat (vandaar de katoendoek rond de buisvoet en veiligheidsbril). Het resultaat is verbluffend, alle omgebogen draaduiteindjes rond het soldeeroogje zijn los, maar vergeet niet alles rond de buisvoet goed af te schermen, anders mag je alle tin spatjes in de omgeving weg krabben. De te vervangen keramische buisvoeten vond ik in een chassis van een afgedankte zelfbouw versterker en zagen er op het eerste zicht nog degelijk uit. Tijdens het lossolderen uit het toestel maakte ik gebruik van het soldeervloeimiddel S39, een zeer agressieve vloeistof op basis van zoutzuur, en maakt oude vervuilde soldeerlassen gemakkelijker terug vloeibaar. Er was nog bijkomend probleem, de peningangen voor de buis staan radiaal gezien +/- 15° verdraaid ten opzichte van de oorspronkelijk pertinax buisvoeten. Hierdoor komt de originele aanwezige bedrading niet overeen met de nieuwe buisvoeten, gevolg sommige aansluiten te lang, andere te kort. Dan maar de metalen gefelste buisvoetbeugel losmaken en een nieuwe borggleuf slijpen in de keramische voet. Uiteindelijk kunnen de vervangbuisvoeten er in en omliggende componenten gesoldeerd worden. Later meer hierover...

Controle

Zoals ik bij elke restauratie tracht te doen is het nameten van zoveel mogelijk componenten en waar nodig de verdachte, zoals in dit geval de teerknollen onder werkspanning controleren. De meeste vallen zo direct door de mand en vervangen door een nieuw of een NOS mosterd type van de zelfde capaciteit. Wat de afvlak elco’s in de HT voedingskring betreft, deze meet ik zelfs niet. Die gaan zo wie zo open en inhoud vervangen door nieuwe. Reformeren vind ik geen goed idee, 60 jaar oude elco’s hebben hun beste tijd wel gehad. Vandaar vervangen door nieuwe. Ik weet dat deze manier van werken een intensief werkje is, soms moet men bepaalde weerstanden 1 kant lossolderen om de metingen te kunnen uitvoeren. Waar kan knip ik in zo een geval de verbinding draad gewoon door en draai in passende diameter een veertje van vertint montagedraad om de verbinding terug te solderen. Weerstanden buiten de tolerantie, ondergaan hier het zelfde lot. De Ohm meter waar kan, laat ik los op alle spoelen van voedingtranformator tot HF spoeltjes en worden doorgemeten op eventuele onderbrekingen. Dit geldt ook voor de buizen van het toestel, die gaan allemaal op de Neuberger RMP 370. Verder, voor mij geen gedoe met een gloeilamp in serie met het netwerk circuit. Eens, gans de bedrading gecontroleerd en waar nodig ingegrepen, wordt het chassis zonder buizen via een externe HT met variac (zie site, rubriek meettoestellen) onder DC werkspanning gezet en de mA meter vertelt mij dan wel of er nog iets fout zit qua HT lekken. Ik weet het, bij sommige oude toestellen, bvb met HT spanningsdeler gaat deze vlieger niet op. Maar bij dit toestel, mag er na het opladen van de elco’s in het voeding circuit geen stroom meer vloeien.

FM tunervoeding voor SA602

Na de HT test komt de DC voeding voor het ic SA602 aan de beurt. Op een gaatjesprint worden een 3 tal 5 watt draadgewonden weerstanden in serie geplaats, totaal 37,6 KOhm. Samen met een zener diode 8V2 en een C van 100 nF bekomt men van de + 250 de nodige DC spanning van +8,2 Volt voor het aansturen van het ic.

Dit printje wordt binnenin zijkant FM tuner aangebracht.

Afregelen MF en ratiodetector

Na de positieve HT test, plaatste ik een stel goed testende buizen in het chassis, een 800 Ohm LS aan + telescoop antenne op een van beide FM antenne ingangen en toestel onder netspanning. Dit ogenblik geeft mij bij elk toestel een afwachtend gevoel op hoe dit zal reageren. Daarom volume regelaar een flink stuk open en netstekker in de hand voor het geval van onverwachte reacties van het toestel.

Meestal valt dit goed mee, ook bij deze hybride Philips, radio Klara op 90,4 MHz en radio 2 West Vlaanderen op 100,1 MHz via de zender van 50 KWatt uit Egem waren goed te ontvangen. Alleen viel het mij op dat de volume regelaar veel te ver moest openstaan voor een duidelijk hoorbaar huiskamer geluid. Dit in tegenstelling met de bijna identieke B4X61A welke het wel deed zoals het hoorde.

Met de DC voltmeter ter controle alle plaat en schermrooster spanningen gemeten, welke allen binnen de aanvaardbare toleranties, zoals aangegeven op het origineel schema van dit toestel in de stand FM.

Even het MF herafregelen zal mogelijks soelaas brengen. Vooraleer tot deze handeling over te gaan, eerst even via mijn oude Eurelec cursus mijn geheugen opgefrist hoe hier een en ander bij het afregelen in elkaar steekt, vooral ratiodetector.

Met de meetzender komt een ongemoduleerd signaal van 10,7 MHz via een C van 1500 pF aan G1 van de ECH 81. Parallel over de elco detectorkring C 56 komt een analoge DC voltmeter, schaal 50 volt DC (V1). Zie figuur 4.

Alle MF kernen (behalve secundaire detector) werden afgeregeld op maximum uitslag DC voltmeter en afregelingen werden een paar maal herhaald.

Vervolgens via 2 stuks 220 K weerstanden in serie en samen parallel over C 56 met aan het knooppunt de DC voltmeter (V2) en andere klem aan de uitgang tertiale wikkeling detector, via R 22. De secundaire kern werd nu op 0 volt doorgang afgeregeld. Ter controle wisselde ik telkens de meetklemmen om tot er geen beweging van de naald op analoge meter nog merkbaar was.

De volume regeling was wat verbeterd, maar toch moest er nog iets niet 100 % in orde zijn. Mogelijks in het audio gedeelte met zijn fysiologische toonregelingen en tegenkoppeling. Voorlopig liet ik dit probleem even rusten.

De afstemschaal

Uit een stuk wit karton knipte ik een ronde schijf, diameter 140 mm en bevestigde deze op de voorziene as voor de definitieve afstemschaal. Loodrecht centeras, bovenkant schijf bracht ik een vaste voorlopige schaalaanwijzer aan. Vervolgens de radio aangezet en met behulp van de meetzender hoogste en laagste afstem frequentie gemarkeerd op de kartonnen schaal. De tuner liep van 87 MHz tot 105 MHz. Vervolgens oplopend per 1 MHz met de meetzender alle merkpunten op de kartonnen afstemschaal aangebracht.

Aan de hand van deze kartonnen schijf werd een tot in detail, afstemschaal handmatig op papier gezet. Dit vooral om een gelijkmatige schaalverdeling tussen elke 1 MHz te bekomen. Hiervoor was het noodzakelijk om een 360° verdeling rondom de schaal aan te brengen.

Het totale af te lezen afstemdeel begint bij 30° en eindigt bij 300°. Vervolgens werd deze schaal overgemaakt aan mij zoon Stijn welke met het PC tekenprogramma Adobe Illustrator de definitieve schaal op ware grootte uitwerkte.

Daarna deed ik technische afwerking: uitprinten op een doorzichtig geel A4 papier. De print rondknippen en door de plastificeermachine, verder aanbrengen centergat + de 3 bevestigingsgaatjes met behulp van passende holpijpjes.

Wie goed de schaalverdeling bekijkt zal opmerken dat de tuner niet 100 % lineair afstemt, maar een logaritmisch frequentieverloop bezit. Bij de originele glazen afstemschaal is dit eveneens zo. Naarmate de C waarde afstemvarco vermindert, ligt frequentie afstand verder uit elkaar. Vooral de waarden boven de 100 MHz. Deze tuner is door Philips ontwikkeld voor afstemming tussen 87.5 en 100 MHz. Zie foto 6.

Na de montage van de afstemschaal werd bovenaan in ‘t center op de hoogte van het afstemvenster nog een schaalverlichting aangebracht.

De Output Transformer Less of OTL eindtrap

Het omgebouwde chassis naderde zijn eindfase, maar helaas de volume regeling bleef ondermaats. Nogmaals werden alle componenten in gans het LF gedeelte gecheckt, echter niets abnormaals te vinden. Ten einde raad wisselde ik de eindlampen EL86 en EL84 om met deze uit B4X61A waar deze het uitstekend deden. Tijdens deze handeling viel het mij op dat ik beide buizen veel losser in deze buisvoeten kon plaatsen. Maar de ondermaatse volume regeling was met deze buizen tijdens het spelen nog steeds aanwezig. Of toch? Daar deze buizen bij het begin van de test nog niet volledig opgewarmd waren, kon ik deze vastpakken en op en neer bewegen. En toen hoorde ik wel een verschil in geluidssterkte…! De keramische recuperatie buisvoeten waren de oorzaak. Slechte contacten tussen buisvoet en buistiften. Beide buizen uit hun voet en de soldeerbout er terug op los en in een mum van tijd was de bedrading losgemaakt (geen omgeplooide draadjes rond soldeeroogjes). Een van beide buisvoeten nam ik de onderkant letterlijk onder de loupe en deze zag er niet erg netjes uit. Even de Ohm meter er op losgelaten en waarlijk, de isolatie weerstand tussen de buisvoet aansluitingen was verre van oneindig. Als bijkomende test trok ik een paar pennetjes uit de voet maar de slechte isolatieweerstand bleef nog aanwezig. Erger nog, de constructie was geen stifthulsje, maar een stiftvorkje met 2 contactpuntjes = Zeer kleine contact oppervlakte! Neem daarbij nog het vuil op de stiftvorkjes bij gebruik van S39 soldeer zoutzuuroplossing, de serie schakeling beide buizen (4 x stift vork contact in de anode/kathode leiding) en de oorzaak was gevonden. Bij Jukebox Revival een tiental nieuwe buisvoeten met vergulde stifthulzen besteld, en na het plaatsen was het probleem opgelost. Zie foto 7.

De meeste buizen in een radio ontvanger zijn energie omvormers. Zetten een zwak wisselspanning signaal aangeboden op g1 om, in een 10 tallen keer sterkere analoge anodestroom. Met deze stroom kunnen we weinig aanvangen, daarom plaatst men een belasting in de anode lijn waarover men de versterkte wisselspanning terug vindt.

De EL84 en EL86 zijn vermogen eindbuizen en beide zijn in staat bij een relatief lage ingang spanning toegevoegd aan g1, om te zetten in een analoge sterk vergrootte stroom in hun anode leiding. Deze stroom laat men door een belasting vloeien, meestal een uitgangstransformator waardoor er in de primaire een analoog versterkte wisselspanning optreedt. Deze spanning wordt vervolgens in de secundaire getransformeerd naar de juiste luidspreker belasting. Een goed gebouwde uitgangstransformator is een duur component en heeft het nog steeds moeilijk om de hoogste en laagste tonen goed door te laten. Vandaar de OTL schakeling, zie de Philips B4X61A als voorbeeld in figuur 5.

Het vereenvoudigd principeschema is weergegeven in figuur 5.

In geval geen signaal aan g1 – B6 wordt toegevoerd, ontstaat de negatieve roosterspanning voor de buis B9 over de weerstand R42.

De negatieve roosterspanning voor buis B6 ontstaat over R43 en C70. Aangezien beide buizen voor DC in serie staan, is de DC anodestroom voor beide buizen gelijk. De anodespanning van B6 wordt toegevoerd via de Ri van B9.

Men kan dus stellen dat beide buizen in ruststoom zichzelf automatisch in balans houden en dat de EL84 de pilootbuis is.

Wordt via de stop weerstand R51 een LF wisselspanning aan g1 – B6 toegevoerd en wordt verondersteld dat deze spanning in positieve richting toeneemt, dan zal de Ia van B6 gaan stijgen. Hierdoor stijgt de spanningsval over R42 en punt A zal dus sterker negatief worden t.o.v. punt B (zie figuur 5).

Als de stuurroosterspanning van B6 in positieve richting toeneemt (zie fig.6 A). neemt de stuurroosterspanning van B9 in negatieve richting toe (zie fig.6 B). De stuurroosterspanningen van B6 en B9 zijn dus in tegenfase. Neemt de anodestroom door B6 toe (zie fig.6 C), dan neemt de anodestroom door B9 af (zie fig.6 D). De anodewisselstromen van B6 en B9 zijn dus in punt B (zie fig. 5) tegengesteld gericht. Zie ook foto 8.

Aangezien de som der stromen naar punt B gelijk moet zijn aan de som der stromen vanaf punt B (zie fig. 5), zal dus door de luidsprekerspoel en C69 een stroom gaan vloeien, welke gelijk is aan de som van de anodewisselstromen van B6 en B9, dus I1+I2 (zie fig. 6 E).

Vandaar dat Philips voor R42 een weerstand met groot vermogen (2 à 3 watt) voorziet. C69 blokkeert de DC spanning naar de LS, en de impedantie van deze luidspreker(s) bedraagt 800 Ohm.

Constructie radiokast

Het omgebouwde chassis werd nu tijdelijk opzij gezet voor de constructie van de radiokast, zie fig1. Dus eerst op zoek naar de geschikte front onderdelen.

  • Voor de 2 Philips luidspreker roosters was de oplossing ondertussen gevonden. Ik had nog zwarte ebonietplaat dikte 6,3 mm staan om deze hierin uit te werken.
  • Het afstemraampje kwam uit een gesneuvelde Philips 4180 Philector zeefkring.
  • Voor het afstemoog had ik nog een 10 tal ronde bakelieten oogopbouw sets voor EM34 liggen. Dit oogde ouder dan de originele met de EM80.
  • Een set zwarte bijpassende radioknoppen waren zeker voorradig.
  • Multiplex plaat dikte 8 mm en notelaren fineer bezat ik eveneens nog voldoende, dus aan de slag.

De houtbewerking machines staan in mijn garage en worden nog zelden gebruikt. Een eerste stap was alle stroef werkende verstelbare bewegingen aan de combiné in te smeren tot deze terug vlot heen en weer konden bewegen. Verder: vers geslepen schaafmessen steken en widia cirkelzagen laten herslijpen. Scherp materiaal bij aanvang is noodzakelijk en het halve werk.

Aan de hand van de buitenmaten chassis met daar bovenop beide luidsprekers werden de exacte maten bepaald van het front, bodem, kop en zijstukken. Daar het front in de kop en zijstukken werd ingewerkt, is het best een hoogte en breedte doorsnede op ware grootte te tekenen. Dit voorkomt later tijdens het samenstellen voor onaangename verrassingen, en een foutje vlug is gemaakt.

In de eerste fase werden alle multiplex stukken rondom 1 cm groter gezaagd en voorzien van een vel notelaar fineer. Multiplex + fineer werden beiden ingesmeerd met witte houtlijm en samengeperst. Het front werd met 2 op elkaar volgende fineervellen verticaal gespiegeld, en tegenover elkaar aangebracht.

Vervolgens werden alle panelen op de juiste afmetingen gezaagd en het front voorzien van de 8 nodige openingen. Hiervoor maakte ik gebruik van de hand bovenfrees. Voor beide luidsprekergaten gebruikte ik de frees gemonteerd op een plaatje multiplex, waarop ik met gebruik van een spijker geplaatst als centerpunt op de juiste straal, zo perfect 2 ronde gaten uitfreesde. Zie foto 9 & 10.


De opening Philite afstemraampje uitfrezen afkomstig van de Philips 4180 zorgde voor wat extra werk aangezien het over geen afdekrand beschikt en dus perfect in zijn opening diende te passen.

Eens dit achter de rug konden alle panelen afgewerkt, en in elkaar gezet met witte houtlijm. In de binnenkant kast werden alle hoekverbindingen nog eens verstevigd met een houtlatje 13 x 13 mm. Ook werd er achteraan zo een latje aan de zijkanten en bovenkant voorzien, dit voor de steun en bevestiging van de achterwand.

Na het drogen en opschuren van het meubel, werd het chassis en het afstemraampje er even in geplaatst ter controle. Dit geeft telkens een dubbel gevoel, zit elke opening wel op de juiste plaats? En… oef een hele opluchting, alles paste perfect! Zie foto 11.

Nu was het moment eveneens gekomen om de 4 bedieningsassen op de juiste lengte af te tekenen.

Philite afstemraampje

Tijdens het inpassen van het chassis was het mij opgevallen dat men de draaibare afstemschaal in het raampje met de vingers kon verduwen, dit was een zwak punt. Uit een transparant CD doosje zaagde ik een raampje en kleefde dit op de binnenkant Philite afstemraampje ter afscherming van de afstemschaal. Verder bracht ik onderaan dit raampje de tekst “MHz” aan. Zie foto 12.

Eens het chassis op de juiste plaats, werden de 4 bevestigingsgaten in de bodem bepaald, ingefreesd en voorzien van de originele rubbertules. Foto 13.

Luidsprekerroosters

De moeilijkste opdracht voor het voltooien van deze radiokast waren beide LS roosters, bestaande uit het alom bekende Philips embleem. Heb er jaren een origineel liggen gehad, diameter 245 mm, maar uiteindelijk een mede radiohobbyist mee gelukkig gemaakt. Verder diende de diameter veel kleiner te zijn, 2 stuks van diameter 152 mm, ik kon er dus weinig mee aanvangen. Gelukkig had ik er een paar foto’s van genomen. De beste foto met Photoshop aangepast naar de juiste diameter, 2 x uitgeprint (1 x origineel 1x gespiegeld). De zwarte ebonietplaat, dikte 6,3 mm van de zolder gehaald en 2 stukken 160 mm vierkant uitgezaagd. Op elk werd met dubbelzijdig kleefband de Philips embleemprint aangebracht, en met de paneelzaag bij benadering rond gezaagd. Het op de juiste ronde diameter brengen was de volgende stap met de draaibank. De rond te draaien ebonietplaten zonder slingeren op spannen in de draaibank was nog de moeilijkste klus. Ik diende eerst een tussenstuk op te spannen in de draaibank en vlak te draaien. Hierin werden op 4 plaatsen (+/- 90° van elkaar) een gat diameter 5 mm geboord om zo de ebonietplaat met de vlakke voorkant er tegenaan te bevestigen. Zie foto 14.

Het op maat ronddraaien zelf is nu een fluitje van een cent, evenals het aanbrengen van de afdekrand.

Na de draaiklus werden beide ebonietschijven ingepast in de voorziene gaten van kast. En daar de draaibank nu toch in dienst was, draaide ik 2 ronde pootjes voor achteraan kast. Voor het voetstuk vooraan voorzag een hardhouten lat, uitlopend op 2 voetsteunen. Zie foto 15.

Vervolgens werden al de uit te zagen openingen voorzien van een gat, dit om het figuurzaagblad er doorheen te steken. Voor het uitzagen zelf bezit ik een Ferm elektrische figuurzaagmachine, doch daar heb ik slechte ervaring mee. De op en neergaande beweging van het zaagblad is maar 10 mm, de zaagbladjes zelf zijn 100 mm lang. Het komt hier op neer dat er maar 1/10 effectief zaagt. Neem daarbij nog dat de sterren in het embleem op scherpe puntjes uitlopen met grote kans op afbreken, en het besluit was vlug genomen om dit handmatig uit te voeren met de veel fijnere figuurzaagjes.

Ik maakte mij dus een zaagtafelsteun op passende hoogte om in zittende houding deze klus te kunnen klaren. Hier had ik wel een probleem: met 1 hand de zaagbeugel dichtknijpen en met de andere hand het zaagblad fixeren en vastschroeven was niet haalbaar, vandaar een paar handschroeven en hulpstukken om dit gemakkelijk uit te voeren. Zie foto 16.

Met een stel sleutelvijltjes werden daarna de hoekjes en rondingen bijgevijld en de sterrenpuntjes waar nodig geaccentueerd. Toen kon de gekleefde resterende print verwijderd worden en alles werd met Commandant glanzend gewreven.

Als LS doek koos ik voor een effen bordeaux doek, spande dit op over een vierkantig stuk multiplex. De te lijmen achterkant van de ebonieten emblemen werden opgeruwd, voorzien van witte houtlijm en in een beweging omgekeerd op het bordeaux doek geplaatst. Een vlakke plaat er bovenop en met een handschroef samengeperst. Na drogen werd het overtollige bordeaux doek weggesneden. Zie Foto 17.

Afwerking radiokast

Er restte nu enkel nog het voetstukken zwart te verven en de naakte kast voorzien van een paar lagen vernis.

Mijn perslucht verfspuit lag reeds vele jaren werkloos en was eerst aan een grondige kuisbeurt toe. Een eerste laag werd met poriënvuller behandeld en na drogen opgeschuurd, zag er prima uit. In de verfwinkel liet ik mij overhalen om met vernis op basis van water te werken, en 1e laag een beetje verdunnen met water. Zo gezegd zo gedaan, het resultaat zag er goed uit, maar bij nader toekijken… uitlopers! Volgende dag zat er niets anders op dan alles met Decapan er af te halen en terug op te schuren. Bij de 2e poging gebruikte ik deze vernis onverdund, geen uitlopers maar er moet nog wat poriënvuller vuil in de spuit losgekomen zijn en na drogen zichtbaar en voelbaar op de kast! Terug alles er af! Over de jaren heen reeds een 10 tal kastjes met de verfspuit aangepakt maar dit, nog nooit meegemaakt. Uiteindelijk heb de kast dan maar met de borstel van een paar lagen vernis voorzien.

Na het drogen de luidsprekerroosters er in lijmen, inbouwen van chassis, beide LS, afstemoog en monteren draaiknoppen. Zie foto 18.

Telescoop antenne & achterschot

De afmetingen origineel achterschot waren iets groter dan nodig, en ik kon deze dus naar de juiste maat verzagen. De niet meer van toepassing zijnde gaten werden dichtgemaakt met een inpassend stukje unalit, dikte 3 mm.

De telescoop antenne werd met een kartelmoer handmatig vastgezet en aan bovenkant achterwand voorzien van een steun voor zijwaarts neervallen te verhinderen. Foto 19.

Nabeschouwing

Midden oktober 2020 is de klus eindelijk geklaard en kreeg het radiotoestel een plaatsje in de verzameling. Dit was mijn 2e gerestaureerde toestel met OTL schakeling waarmee ik veel ervaring met de serie-balans schakeling heb opgedaan. Waaronder:

  • Beide eindbuizen dienen in uitstekende conditie te verkeren.
  • Eveneens moeten alle buis stiften/voet contacten in een degelijke knelverbinding uitgevoerd zijn, alsook beide cathode weerstanden dienen over voldoende vermogen te beschikken. Zeker zoals in deze radio, waarin continu 2 800 Ohm luidsprekers in de belasting zijn opgenomen.
  • De 8 µF koppel elco naar de 2 luidsprekers dient van goede kwaliteit te zijn. Deze blokkeert de gelijkstroom en moet het volle wisselstroom component overdragen naar beide 800 Ohm LS.

Verder stel ik in vraag: ware het niet beter van parallel 2 elco’s, 4 µF/450 V. te plaatsen bij continu belasting met 2 x 800 Ohm (fig.5 C 69)?

Voor de liefhebbers zie ook het YouTube filmpje over dit project.

Om te sluiten: nog veel radiohobby plezier, en ook nogmaals mijn dank aan Eduard Hontelé waar ik steeds mag aankloppen als ik vast loop.

Marc Van De Voorde

Bronnen:

  • Philips service doc. B4X61A en B5X72A
  • De Marconist, nrs. 80 – 87
  • Eurelec cursus
  • Stijn Van De Voorde, digitaal tekenen afstemschaal